Second opinion op een minnelijk traject
Bas* had een jarenlange droom om zijn eigen bedrijf te starten. Op een dag kreeg hij de unieke kans om van deze droom werkelijkheid te maken, maar vanaf het begin moest hij de ene na de andere tegenslag verwerken. Binnen een jaar was voortzetting van het bedrijf niet langer haalbaar en waren de betalingsachterstanden zo hoog opgelopen dat Bas zijn verplichtingen niet meer kon nakomen.
Bas moet zijn woning verkopen
Bas meldde zich bij zijn gemeente voor schuldhulpverlening en werd doorgestuurd naar de uitvoerende instantie. Een van de eerste conclusies daar was dat Bas een woning met (vermoedelijk) overwaarde heeft en deze woning moest eerst worden verkocht. Daarna zou kunnen worden gestart met een schuldhulptraject. Bas werd met een pakket aan papieren en de opdracht om zijn huis te verkopen teruggestuurd naar huis. Depressief door alle omstandigheden was Bas niet in staat het gesprek te relativeren en hij trok zich terug in zijn enige veilige haven die hij nog had; zijn huis.
Lange tijd is Bas niet aanspreekbaar. Hij krijgt het invullen van formulieren en aanleveren van stukken niet voor elkaar en – belangrijker – hij wil zijn huis niet verkopen. De schulden lopen verder op. Ruim een jaar later komt de gemeente toch weer in contact met Bas en helpt hem met het op orde brengen van zijn administratie en het doen van belastingaangiftes. Op dat moment neemt de gemeente tevens contact op met ons kantoor en vraagt ons naar de mogelijkheden die wij zien voor Bas, een second opinion.
Second opinion biedt uitkomst
Diezelfde dag nog stuurt de gemeente Bas door naar ons kantoor en praten we uitgebreid over wat er de afgelopen jaren is gebeurd en wat de verschillende mogelijkheden zijn om uit deze situatie te komen. Onderzoek naar de woning wijst uit dat hierop beslag is gelegd. Zou er geen beslag op de woning rusten dan konden we overwegen om in een minnelijke traject de woning te verkopen aan een investeerder en vervolgens terug te laten huren door Bas. Door de beslaglegging zal verkoop echter 1 van de schuldeisers bevoordelen en daarom wordt samen besloten om een beroep te doen op de Wsnp. Tijdens de Wsnp vervallen beslagen en komt de overwaarde ten gunste van de gezamenlijke schuldeisers.
Er wordt geen minnelijke regeling beproefd, het Wsnp-verzoek wordt direct ingediend, voorzien van een beredeneerde verklaring om aan te tonen dat een buitengerechtelijke schuldregeling in dit geval niet reëel is. Voor de beslagen die zijn gelegd op het inkomen van Bas verstrekt de rechtbank ondertussen een voorlopige voorziening.
Vier maanden na het eerste gesprek zitten we samen met Bas bij de rechtbank om het Wsnp-verzoek toe te lichten. Het gaat goed met Bas. Hij heeft net een nieuwe baan en heeft er inmiddels vrede mee dat zijn woning waarschijnlijk moet worden verkocht en hij wellicht moet verhuizen. Een week later volgt de uitspraak: Bas is toegelaten tot de Wsnp.
* Bas is niet de echte naam van onze klant